Naturhistoriska riksmuseet
Het Naturhistoriska riksmuseet is een natuurhistorisch museum in Stockholm. Het museum valt onder de Zweedse overheid en rapporteert aan het ministerie van cultuur. Het museum richt zich op de promotie van kennis en onderzoek van de oorsprong en ontwikkeling van het heelal en de aarde, de flora en fauna en de biologie en natuurlijke omgeving van mensen. De onderzoeksgebieden waar het museum zich op richt, zijn botanie, zoölogie, paleontologie, geologie en ecotoxicologie.
Jonas Alströmer doneerde in 1739 een schimmel op de eerste bijeenkomst van de Vetenskapsakademien, de huidige Kungliga Vetenskapsakademien. Dit werd het eerste item in wat uiteindelijk het museum zou worden. Na de donatie van Alströmer volgden meer donaties aan de collectie. In 1777 werd Anders Sparrman, een leerling van Carl Linnaeus, als eerste tot conservator van de collecties benoemd. In 1778 vaardigde de Vetenskapsakademien gedetailleerde regels uit voor het tonen van de collecties aan het publiek. Dit was effectief, gezien de oprichting van het eerste publieke museum in Zweden. De collecties groeiden aan het begin van de negentiende eeuw na donaties van onder andere Peter Jonas Bergius en Gustaf von Paykull. De collecties namen gedurende de negentiende eeuw in omvang toe, terwijl ook de publieke belangstelling toenam. Uiteindelijk werden de tentoonstellingsruimtes te klein, waarna er in 1916 een nieuw museumgebouw met een vloeroppervlakte van 20.000 m² werd opgeleverd in Frescati, een wijk van Stockholm.
Jonas Alströmer doneerde in 1739 een schimmel op de eerste bijeenkomst van de Vetenskapsakademien, de huidige Kungliga Vetenskapsakademien. Dit werd het eerste item in wat uiteindelijk het museum zou worden. Na de donatie van Alströmer volgden meer donaties aan de collectie. In 1777 werd Anders Sparrman, een leerling van Carl Linnaeus, als eerste tot conservator van de collecties benoemd. In 1778 vaardigde de Vetenskapsakademien gedetailleerde regels uit voor het tonen van de collecties aan het publiek. Dit was effectief, gezien de oprichting van het eerste publieke museum in Zweden. De collecties groeiden aan het begin van de negentiende eeuw na donaties van onder andere Peter Jonas Bergius en Gustaf von Paykull. De collecties namen gedurende de negentiende eeuw in omvang toe, terwijl ook de publieke belangstelling toenam. Uiteindelijk werden de tentoonstellingsruimtes te klein, waarna er in 1916 een nieuw museumgebouw met een vloeroppervlakte van 20.000 m² werd opgeleverd in Frescati, een wijk van Stockholm.
Kaart (cartografie) - Naturhistoriska riksmuseet
Kaart (cartografie)
Land (geografie) - Zweden
Vlag van Zweden |
Het land heeft een oppervlakte van 450.295 km² en inwoners. Met een bevolkingsdichtheid van is Zweden het op vier na dunstbevolkte land in Europa (na Noorwegen, Finland, Kazachstan en IJsland). Het is ongeveer elf keer groter in landoppervlakte dan Nederland (met ruim 7.000.000 inwoners meer) en ongeveer vijftien keer groter dan België (met ruim 1.500.000 inwoners meer). Met 82% vormen de Zweden de grootste bevolkingsgroep van het land.
Valuta / Taal
ISO | Valuta | Symbool | Significant cijfer |
---|---|---|---|
SEK | Zweedse kroon (Swedish krona) | kr | 2 |
ISO | Taal |
---|---|
FI | Fins (Finnish language) |
SE | Noord-Samisch (Northern Sami) |
SV | Zweeds (Swedish language) |